maandag 23 november 2015

de GVR ... ons voorleesboek ...

korte inhoud
Sofie, een meisje uit een weeshuis in Londen, kan op een avond niet slapen. Ze denkt dat het spookuur is en kijkt stiekem naar buiten, omdat ze haar bed niet uit mag. Als ze besluit het raam dicht te doen vanwege de maneschijn, ziet ze buiten ineens een reus staan. Hij kijkt haar aan, hoort Sofies hart bonken – hij heeft verschrikkelijk goede oren–- en ontvoert haar dan. Niemand mag namelijk een reus zien, anders zou de wereld op zijn kop staan. Hij neemt haar met een ongelofelijke snelheid mee naar zijn grot in reuzenland.
Sofie denkt eerst dat de reus haar zal opeten, maar net deze ene reus blijkt de GVR te zijn, de Grote Vriendelijke Reus. Hij spreekt wel een nogal vreemdklinkend taaltje omdat hij dit heeft geleerd uit slechts één boek, Oliver Twist, dat hij meer dan tachtig jaar geleden heeft "geleend" uit iemands kinderkamer.
De GVR vangt zowel mooie dromen als nachtmerries in Dromenland en bewaart deze in potjes. Al blazend op een lange trompet deelt hij de mooie dromen 's nachts weer uit aan slapende kinderen, de nachtmerries blaast hij thuis op. Hij eet alleen maar snoskommers, die eigenlijk heel vies zijn, maar er groeit niets anders in Reuzenland. Hij wil geen eten stelen van mensen en hij wil al zeker geen mensen of dieren opeten, dat vindt hij zielig.
Hij vertelt Sofie onder het genot van een fropskottel over de andere negen reuzen die in reuzenland wonen. Dit zijn wèl echte "mensenpeuzelende kannibalen". Ze spreken hetzelfde warrige dyslectisch taaltje als de GVR (maar dan nog erger) en zijn twee keer zo groot als de GVR. Elke nacht trekken ze erop uit om slapende mensen ("mensbaksels") op te peuzelen. Als ze het warm hebben, gaan ze op de noordpool Eskimo's eten. Bij grote honger spelen ze een paar Noren naar binnen. Maar het liefst eten ze kleine kinderen, die zijn lekker mals. Terwijl de GVR en Sofie in gesprek zijn komt onverwacht een van de andere reuzen, de Bloedbottelaar, de grot in. De Bloedbottelaar ontdekt Sofie bijna, maar ze verbergt zich in een snoskommer. Als de Bloedbottelaar hier even later een stuk van afbijt, proeft hij alleen de smaak hiervan. Hij spuugt alles walgend weer uit, zonder Sofie op te merken.
Omdat de GVR niet zo groot en gemeen is als de andere reuzen wordt hij nogal gepest. Uit verveling gebruiken ze hem als handbal. Uit wraak laat hij, als hij met Sofie terug is uit Dromenland, een gevangen nachtmerrie (Trolleklopper) – over de reuzendoder Jacob – los op de Vleeslapeter, de grootste reus van allemaal. Hierdoor ontstaat een verschrikkelijke vechtpartij tussen de negen reuzen. Maar, vertelt de GVR, ze zullen elkaar nooit doden. Ze vechten alleen maar met elkaar. Reuzen zijn namelijk niet zo gruwelijk als mensen.
Als de reuzen 's avonds opnieuw naar de mensenwereld gaan, raakt Sofie in paniek. Ze wil iedereen waarschuwen, onder andere de koningin van Engeland, maar dat de GVR wijst erop dat niemand haar zou geloven. Bovendien zou Sofie dan teruggebracht worden naar het weeshuis en de GVR vreest dat men hem dan in de dierentuin zou opsluiten.
Sofie bedenkt nu een plan: ze moeten de koningin een droom inblazen. Ze mengen een speciale droom uit de biljoenen dromen die de GVR verzameld heeft. De droom gaat over de werkelijkheid, alle gruwelijke daden van de reuzen, het bestaan van de GVR die kan uitleggen waar de reuzen zich bevinden en over het bestaan van Sofie zelf, die kan vertellen waar de GVR verstopt is. Die nacht gaan ze naar Buckingham Palace, waar de reus de droom bij de koningin inblaast en Sofie in haar kamer verbergt. De koningin en haar kamermeisje zijn verrast als ze 's anderendaags Sofie in de kamer aantreffen, maar gezien de koningin over haar gedroomd heeft en ook de GVR opduikt, gelooft ze dat wat ze gedroomd heeft werkelijkheid kan zijn. In The Times van die morgen staat bovendien dat een paar kinderen in de kostscholen op mysterieuze wijze zijn verdwenen. Onder de ramen van een slaapzaal zijn afgekloven botten gevonden.
De koningin schakelt het leger en de luchtmacht in. Terwijl de negen reuzen hun middagdutje doen, worden ze door de soldaten vastgebonden met kettingen en touwen. Het gaat bijna mis als de Vleeslapeter wakker wordt, maar Sofie steekt de broche die ze van de koningin heeft gekregen in de hiel van de Vleeslapeter, die vervolgens denkt dat hij door een giftige slang is gebeten en zich willoos laat vastbinden. De reuzen worden aan negen grote helikopters gehangen, naar Engeland gebracht en in een immens grote kuil gegooid. De GVR maakt hun boeien los, want ze eten toch geen soortgenoten, denkt hij. De GVR kan echter nog net op tijd uit de kuil ontsnappen als ze hebben besloten om hem in plaats daarvan te verorberen. De rest van hun leven krijgen de mensetende reuzen voor straf alleen nog maar snoskommers te eten. Het gaat maar één keer mis, als drie dronken mannen besluiten om voor de grap eens in de kuil te klimmen.
De reus en Sofie krijgen, omdat ze de wereld van een groot gevaar hebben verlost, ieder een huis naast het paleis van de koningin. Sofie leert de reus fatsoenlijk praten en spellen, zo goed zelfs dat hij schrijver wordt. Het eerste boek dat hij schrijft gaat over Sofie en zichzelf en heet De GVR. De laatste regel meldt aan de lezer dat hij dit boek nu net uit heeft.





Geen opmerkingen:

Een reactie posten